A
B
C
D
E
F
G
H
I
J
K
L
M
N
O
P
Q
R
S
T
U
V
W
X
Y
Z

 

Rasha Peper - Vingers van marsepein

 
 

Dit boek vertelt twee verhalen die elkaar hoofdstuksgewijs afwisselen. Het eerste verhaal gaat over Bregtje en het speelt rond 1704. Het tweede verhaal vertelt over Benjamin, dezelfde leeftijd als Bregtje, maar 300 jaar later.

Bregtje is negen jaar oud als ze bij haar oom en tante op de Bloemgracht in Amsterdam komt te wonen, nadat haar ouders aan de pest zijn overleden. Haar oom is de beroemde Frederik Ruysch, anatomisch preparateur en de ontdekker van het lymfestelsel. Bregtje toont veel belangstelling voor het werk van haar oom en helpt hem van de preparaten ware kunstwerkjes te maken: manchetjes haken over armpjes op sterk water, nageltjes lakken van ongeboren ‘foetjes’ en zich te bekwamen in het natekenen van de collectie.

Dit boek vertelt twee verhalen die elkaar hoofdstuksgewijs afwisselen. Het eerste verhaal gaat over Bregtje en het speelt rond 1704. Het tweede verhaal vertelt over Benjamin, dezelfde leeftijd als Bregtje, maar 300 jaar later.

Bregtje is negen jaar oud als ze bij haar oom en tante op de Bloemgracht in Amsterdam komt te wonen, nadat haar ouders aan de pest zijn overleden. Haar oom is de beroemde Frederik Ruysch, anatomisch preparateur en de ontdekker van het lymfestelsel. Bregtje toont veel belangstelling voor het werk van haar oom en helpt hem van de preparaten ware kunstwerkjes te maken: manchetjes haken over armpjes op sterk water, nageltjes lakken van ongeboren ‘foetjes’ en zich te bekwamen in het natekenen van de collectie.
Maar haar belangstelling heeft een bijbedoeling. Een enge jonker heeft beloofd haar te verenigen met haar broertje in ruil voor informatie over wat oom allemaal doet. Bregtje voelt zich hier erg schuldig over, want ze wordt door de familie Ruysch behandeld als een eigen dochter. Als ze erachter komt dat de jonker haar heeft bedrogen en haar broertje al lang dood is, is haar wraak gruwelijk.

Ook Benjamin woont op de Bloemgracht, pal tegenover het huis waar Bregtje 300 jaar eerder woonde. Zijn ouders zijn gescheiden. Zijn moeder is nooit over de dood van haar dochtertje heen gekomen en vader heeft haar daarin niet kunnen helpen.
Benjamin gaat met vader en diens nieuwe vriendin Sylvia naar St. Petersburg. Peter de Grote is Benjamins held; dat hij volgens vader ook zijn tirannieke, wrede kanten had, deert hem niet.
Het hoogtepunt van deze vakantie is voor Ben een bezoek aan de Kunstkamera waar onder meer de anatomische preparaten van Frederik Ruysch tentoongesteld en geconserveerd worden. Daar leert hij ook dat de maker van deze preparaten ooit bij hem in de straat woonde.

 

 



Nieuw Amsterdam, 2008
316 pagina's

kaft vingers van marsepein

 

Naast de Bloemgracht en de leeftijden zijn er nog meer parallelen tussen de beide verhalen:
- de een heeft een broertje verloren, de andere een zusje
- beiden zijn onder de indruk van Peter de Grote
- beiden houden van spannende boeken
- beiden kunnen goed tekenen
- beiden hebben een onaangenamen eerste seksuele ervaring
- in beider leven komt een nieuw leven
- Benjamin ziet in het museum de door Bregtje gehaakte manchet en    de door haar gelakte nageltjes
- en tenslotte is er de zwarte neushoorn.

Die neushoorn wordt in Bregtjes tijd door oom Frederik geprepareerd. Bregtje helpt met het kneden van zijn kop en zet stiekum zijn mondhoeken iets omhoog. Ook helpt ze mee vriendelijke glazen ogen te vinden. Hele verhalen steekt ze af tegen het dode dier. Zijn grote hoorn heeft hij er ooit in gevangenschap afgestoten.
Benjamin krijgt in het vliegtuig op weg naar Rusland een kompas in de vorm van een neushoorn. In de hal van de Kunstkamera hangt een de kop van een zwarte neushoorn met vriendelijke oogjes. Dan beleeft Benjamin in de dierentuin ook nog eens een spannend avontuur met een zwarte neushoorn, waarbij de rinoceros zijn grote hoorn verliest.

Beide verhalen eindigen min of meer op de Theo Thijssenbrug, van waaraf je de beide kanten van de Bloemgracht kunt zien. Zowel Bregtje als Benjamin overstijgen op dat moment even tijd en ruimte.

Dat klinkt misschien allemaal gekunsteld. Het knappe van Rascha Peper is echter dat het heel onnadrukkelijk gebeurt. Het boek leest gewoon lekker weg. Het speet me dat het uit was, ik wilde nog wel meer lezen. En dan vooral over Bregtje, want de zeden en de mores uit die tijd worden kleurrijk geëtaleerd.

Overigens is alles over de preparaten van Frederik Ruysch in overeenstemming met de historische feiten. Behalve dan de rinoceros. De eerste neushoorn waarmee in Europa werd rondgereisd, stierf in 1758 in Londen.
Maar een groot deel van de ‘natte’ preparaten die Frederik Ruysch in 1717 aan tsaar Peter de Grote heeft verkocht, is tot op de dag van vandaag te zien in de Kunstkamera te Sint-Petersburg, waar de restauratie ervan nog steeds voortgaat.


oktober 2008